In alle teeltgebieden zijn vorige week telers van Waterman Onions begonnen met de oogst van tweedejaars plantuien. Zowel in het Zuidwesten als in Oost-Brabant en de Noordoostpolder maakten de rooimachines hun eerste meters. Om snel daarna weer stil te vallen door de neerslag.

“Het ziet er goed uit”, vat inkoper Remko Wilms zijn eerste indruk van de nieuwe oogst samen. “De kwaliteit van de uien lijkt goed maar qua grofte zijn ze er nog niet helemaal.” Dat laatste wijt Wilms aan het lastige voorjaar waarin de uien na een koude start in veel teeltgebieden een periode met droogte en hitte moesten doorstaan. De teelt heeft daardoor wat vertraging opgelopen. De kilogramopbrengst lijkt redelijk normaal uit te pakken. “Veertig tot 50 ton met af en toe een uitschieter naar 60”, weet Wilms.

De plantuien worden geoogst vanaf het moment dat het gewas begint af te sterven. “Ze moeten bij het rooien nog wel wat groen blad hebben voor een mooie kleur”, vertelt Remko. Na een korte velddroogperiode worden de uien in kisten geladen en op transport gesteld naar Emmeloord. Daar worden ze voor de droogwand geconditioneerd voor verdere verwerking.
De kleine achterstand in de teelt zorgt niet voor problemen bij de overgang naar de nieuwe oogst. “We konden lang doorgaan met uien van de oude oogst”, meldt Wilms. “De vraag naar nieuwe uien komt daardoor ook wat later op gang.”

In de zomermaanden schakelen uienverwerkers over van de oude op de nieuwe oogst. Dat klinkt niet spectaculair maar het is best een spannende tijd voor sorteerders, weet Remko Wilms van Waterman Onions. “Het is altijd weer de vraag of het lukt om soepel over te schakelen. In de ideale situatie draai je de kraan van de oude oogst langzaam dicht en die van de nieuwe oogst langzaam open. Je wilt niet continu wisselen tussen oude en nieuwe oogst.” De verwerkers hebben dat trouwens meestal ook niet zelf voor het zeggen. “Het omschakelproces wordt vooral bepaald door de klanten; zij geven aan wanneer ze de kwaliteit van de oude oogst niet maar acceptabel vinden”, licht Wilms toe. “Aan ons de taak om dat moment voor te zijn. De oude oogst valt aan het eind van het seizoen nog wel eens tegen als het product eenmaal uit de schuur is. Maar nieuwe oogst moet soms tot wel 2 weken voor de droogwand voordat je kunt afleveren. Met die gegevens moet je schakelen.”

De uitdaging is dus om zo lang mogelijk partijen van de vorige oogst te vinden die voldoen aan de specificaties van de klant. Aan het einde van afzetseizoen 2016-2017 is dat wel eens lastig, constateert Remko. “Er zijn vorig jaar uien van superieure kwaliteit naar binnen gereden. De afnemers zijn daar aan gewend geraakt en de lat ligt dus hoog. We zien nu dat de laatste partijen van 2016 soms behoorlijk last hebben gehad van de hitte in juni. Wij moeten dus steeds meer ons best doen om teleurstellingen over de kwaliteit te voorkomen.”